AFIM Luchtdroging lost vochtproblemen op!

Werking luchtdroger

Werking luchtdroger: Er zijn diverse technieken op de markt om droge lucht te realiseren. Over deze technieken adviseren wij u graag in combinatie met uw specifieke situatie. Zonder diep op de technische details en verschillen in te gaan, staat op deze pagina beschreven wat de natuurkundige werking is van een luchtdroger.

Werking luchtdroger (atmosferisch)

Drogen is het (natuurlijke of kunstmatige) proces waarin het vochtgehalte van een stof of voorwerp wordt verlaagd. Over atmosferische luchtdroging wordt gesproken wanneer het drogen betrekking heeft op de omgevingslucht. De navolgende begrippen geven een belangrijk kenmerk weer van luchtdroging. Het vochtgehalte van lucht kan op diverse manieren worden uitgedrukt. De twee meest bekende zijn de absolute luchtvochtigheid en de relatieve luchtvochtigheid.

1. Absoluut vochtgehalte
Het absoluut vochtgehalte is de hoeveelheid waterdamp welke zich in een vastgestelde hoeveelheid lucht bevindt. De hoeveelheid water wordt veelal uitgedrukt in gram en de hoeveelheid lucht in kilogram of m3. Hiermee kan dus in gram per kilogram (gr/kg) worden uitgedrukt hoeveel water zich in de lucht bevindt. Des te hoger de temperatuur, des te meer vocht kan de lucht bevatten. Dit wordt verduidelijkt aan de hand van het Mollier Diagram.

2. Relatief vochtgehalte
Het “relatief vochtgehalte” of “relatieve luchtvochtigheid” is procentuele hoeveelheid waterdamp welke zich bij een bepaalde temperatuur in de lucht bevindt ten opzichte van de maximale hoeveelheid waterdamp. De relatieve vochtigheid is maximaal 100%, de lucht is dan verzadigd. Bij een relatieve luchtvochtigheid van 50% bevat de lucht de helft van de maximale hoeveelheid waterdamp. Hoe warmer lucht is hoe meer waterdamp deze kan bevatten. Waar het absoluut vochtgehalte iets zegt over de hoeveelheid water, is dat voor de relatieve vochtigheid niet het geval. De relatieve vochtigheid behoeft dus meer informatie om de hoeveelheid vocht te kunnen bepalen.

Er is sprake van luchtdroging wanneer het absoluut vochtgehalte wordt verlaagd. De droogte van de lucht wordt veelal uitgedrukt met de dauwpuntstemperatuur.

Dauwpunt (dauwpuntstemperatuur)

De droogte van de lucht wordt uitgedrukt met de dauwpuntstemperatuur, kort samengevat: het dauwpunt. Het dauwpunt is de temperatuur waarbij bij een gelijkblijvende dampdruk condensatie optreedt. Koude lucht kan minder waterdamp bevatten dan warme lucht en raakt bij voldoende afkoeling verzadigd met waterdamp. De relatieve luchtvochtigheid wordt dan 100% (in de buitenlucht is dit met name in het voorjaar zichtbaar in de vorm van dauw).

Hoe hoger de luchtvochtigheid, hoe dichter het dauwpunt bij de daadwerkelijke temperatuur van de lucht zit. Het dauwpunt en de temperatuur zijn aan elkaar gelijk wanneer de relatieve luchtvochtigheid 100% bedraagt. Bij een hoge luchtvochtigheid is de lucht bijna verzadigd en hoeft deze nog maar weinig te worden afgekoeld om te condenseren.